Glucose
Glucose, ook wel bloedsuiker, is de belangrijkste energiebron van de lichaamscellen. Deze energiebron moet je dan natuurlijk wel voldoende binnen krijgen. Dat doe je door voldoende koolhydraten te eten. Die zitten bijvoorbeeld in brood, aardappelen en rijst. Je alvleesklier zorgt ervoor dat je bloedsuikergehalte in balans blijft. Hoe dat gebeurt lees je hier...
Het effect van wel of niet eten op de hoeveelheid glucose in het bloed:
In snoepgoed zit veel glucose, bijvoorbeeld in een lekkere chocolade reep. Als je die op eet komt de glucose door de wand van de dunne darm in het lichaam. Je krijgt niet alleen glucose binnen als je veel snoep eet. Ook door voedingsmiddelen met zetmeel erin te eten komt er glucose in je lichaam. Dat duurt wel langer, want zetmeel moet eerst verteerd worden.
Als er te weinig glucose in het bloed zit kan het voorkomen dat je erg begint te trillen, duizelig wordt, wit weg trekt of hoofdpijn krijgt. Dit heet ‘de man met de hamer’ of de ‘honger klop’
Insuline vs. Glucagon:
Insuline en glucagon zijn twee hormonen die de hoeveelheid glucose in het bloed regelen. Zodra er teveel glucose in het bloed komt geeft de alvleesklier insuline af. Insuline zorgt ervoor dat cellen glucose opnemen. Als er juist te weinig glucose in het bloed zit geeft de alvleesklier een ander hormoon af, glucagon. Glucagon vraag cellen om glycogeen af te breken. Bij die afbreking ontstaat glucose dat vervolgens afgegeven wordt aan het bloed. Waardoor de hoeveelheid glucose in het bloed stijgt.
Glucose is de brandstof voor de cellen, maar wat is glycogeen?:
Zodra er meer suiker in je bloed zit dan normaal maakt de alvleesklier insuline aan. Insuline is een hormoon dat de cellen in het lichaam de opdracht geeft om meer glucose op te nemen. Als er meer bloedsuiker is dan de cellen kunnen opnemen, zorgt insuline ervoor dat de lever en de spieren het overtollige glucose omzetten in glycogeen. Dat wordt opgeslagen voor noodgevallen. Glycogeen heeft een structuur die dicht op elkaar geplakt is. Daardoor kan er meer van worden opgeslagen in cellen. Als de voorraadkamers, waar glycogeen in zit, vol zitten en het bloedsuikergehalte nog steeds te hoog is, wordt het teveel aan glucose opgeslagen als lichaamsvet. |